De huurder heeft de plicht om de huurwoning te onderhouden als een voorzichtig en redelijk persoon. Zo bepaalt de wet dat de huurder moet instaan voor het onderhoud en de huurherstellingen aan het gehuurde pand. Maar dit betekent uiteraard niet dat de huurder voor alle mogelijke huurherstellingen zal moeten instaan.  Zo zal hij niet moeten instaan voor schade ten gevolge van slijtage en ouderdom. Alle grote herstellingen, grote onderhoudswerken zullen door de verhuurder moeten worden gedragen.

In welke staat de huurder de woning moet teruggeven, hangt ervan af of er bij het begin een plaatsbeschrijving werd opgemaakt.

Als er bij het begin van de huurovereenkomst een gedetailleerde plaatsbeschrijving is opgemaakt, moet de huurder de woning teruggeven in de oorspronkelijke staat zoals beschreven in die plaatsbeschrijving. Schade of gebreken die niet in de plaatsbeschrijving staan vermeld, moet de huurder herstellen of vergoeden, behalve als de schade een gevolg is van normale slijtage door ouderdom of overmacht, of als de huurder kan aantonen dat de verhuurder moet instaan voor de herstelling van die schade.

Als er bij aanvang van de huurovereenkomst geen gedetailleerde plaatsbeschrijving is opgemaakt, moet men aannemen dat de woning nog altijd in haar oorspronkelijke staat is zoals bij het begin van de huur. De huurder is dan niet verantwoordelijk voor mogelijke schade, behalve als de verhuurder toch kan bewijzen dat de schade door de huurder is veroorzaakt.

Dit onderstreept nogmaals het belang van het opmaken van een intredende plaatsbeschrijving! Indien U hieromtrent verder advies wilt inwinnen of een procedure opstarten, dan kunnen wij U hierin begeleiden.

Contacteer ons