MEDISCHE FOUT EN MEDISCHE ONGEVAL ZONDER FOUT

1. Op de arts rust een middelenverbintenis

Elkeen heeft recht op zijn fysieke integriteit en net als elke burger is ook de arts aansprakelijk voor zijn fouten. De toestemming van de patiënt om bepaalde ingrepen te verrichten vrijwaart de dokter niet van zijn burgerlijke aansprakelijkheid, noch van de mogelijke strafrechtelijke implicaties.

Voor de arts geldt er in principe een middelenverbintenis. Dit houdt in dat hij alle middelen moet inzetten die de huidige wetenschap ter beschikking stelt. Deze contractuele verplichting wordt bevestigd in het artikel 1147 van het Burgerlijk Wetboek. Doch er zijn ook gevallen van resultaatsverbintenis waaronder :

– De belofte van een arts om een patiënt te bezoeken of te opereren;
– De verplichting om de juiste patiënt of het juiste lichaamsdeel te behandelen;
– Het niet achterlaten van een vreemd voorwerp in het lichaam van de patiënt na een operatie;
– Eenvoudige bloedanalyses;
– De toediening van de correcte bloedgroep bij bloedtransfusie;
– Het nemen van een eenvoudige radiografie zonder te hoge bestraling;
– Een sterilisatie;
– Alles in het werk stellen om een externe ziekenhuisinfectie te vermijden;
– Alles in het werk stellen om te werken met veilig medisch materiaal;

2. Wetgevend kader bij medische fout en medische ongevallen zonder fout

In België zijn er verschillende wetgevingen nopens bovenvermeld onderwerp die elkaar doorkruisen, onder andere :

– Artikel 1382 tot en met 1396 van het Burgerlijk Wetboek over de burgerlijke aansprakelijkheid;
– Het strafwetboek en meer bepaald de artikels 398-400 (slagen en verwondingen, 418-420 (onvrijwillige doodslag) en artikel 421 (toediening van schadelijke stoffen);
– Het KB nr. 78 van 10 november 1967 over de geneeskunde nopens de beroepsvereiste, de organisatie van de wachtdiensten, de principes van de therapeutische vrijheid en de continuïteit van de zorgverstrekking;
– De code medische plichtenleer
– De euthanasiewetgeving van 28 mei 2002;
– Het KB van 7 augustus 1987 over de hospitalisatie en de juridische aspecten van de art-patiëntenrelatie;
– De Wet Patiëntenrechten van 22 augustus 2002

3. Medische fout

Volgens de algemene zorgvuldigheidsnorm neemt men aan dat aan de arts slechts een medische fout kan worden verweten indien wordt aangetoond dat de arts niet alle noodzakelijke, normaal voorhanden en ter beschikking zijnde onderzoekingen heeft aangewend.

Indien wordt aangetoond dat men gehandeld heeft als een normaal zorgvuldige arts die de gebruikelijke eisen inzake voorzichtigheid en zorgvuldigheid in acht heeft genomen, kan er geen enkele fout worden verweten aan de arts die de handeling heeft gesteld. In dat geval wordt zijn gedrag normaal geacht en de complicaties ‘onoverkomelijk’ genoemd.

Alvorens bij een patiënt een behandeling in te stellen die een zeker risico inhoudt, moet de arts een toestemming vragen en krijgen.

Essentieel aan het begrip fout is dat de schade voorzienbaar was, maar de arts niet de nodige maatregelen heeft genomen om die schade te voorkomen. De voorzienbaarheid van de schade staat ook in verband met de beroepsbekwaamheid. Het schadeverwekkend gedrag van een arts zal worden getoetst aan het normaal vooruitziend en zorgvuldig gedrag van diegenen die tot dezelfde beroepscategorie behoort. Telkens zal de rechter zich dus afvragen of een arts, geplaatst in dezelfde omstandigheden en behorende tot dezelfde categorie, de schade redelijkerwijs had kunnen voorzien. Wijkt het gedrag van de arts af van het gedrag van een normaal en zorgvuldig arts met dezelfde beroepsbekwaamheid, dan spreken we van een medische fout.

Voorts moet de fout in causaal verband staan met de schade.

De bewijslast van zowel de fout, de schade als het oorzakelijk verband ligt bij de eisende partij. Enkel dan kan het slachtoffer schadeloosstelling bekomen.

4. Fonds voor medische ongevallen

Een medisch ongeval omvat alle hypotheses waarin er plotseling een onverwachte gebeurtenis optreedt die lichamelijke schade veroorzaakt door een medisch ingrijpen van zorgverstrekkers of door het nalaten van een verzorging die noodzakelijk was. Een medisch ongeval kan zowel foutloos zijn als het gevolg van een foutieve daad.

De wetgever heeft een Wet betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg van 31 maart 2010 goedgekeurd waarbij een Fonds voor medische ongevallen werd opgericht die vergoedingsplichting is in de hierna vermelde gevallen :

Art. 4. Het Fonds vergoedt het slachtoffer of zijn rechthebbenden overeenkomstig het gemeen recht:
1° wanneer de schade is veroorzaakt door een medisch ongeval zonder aansprakelijkheid, voor zover de schade voldoet aan een van de in artikel 5 bepaalde voorwaarden inzake ernst;
2° wanneer het Fonds oordeelt of wanneer vaststaat dat de schade is veroorzaakt door een feit dat aanleiding geeft tot de aansprakelijkheid van de zorgverlener, wiens burgerlijke aansprakelijkheid niet of niet voldoende is gedekt door een verzekeringsovereenkomst;
3° wanneer het Fonds oordeelt dat de schade veroorzaakt door een feit dat aanleiding geeft tot de aansprakelijkheid van de zorgverlener en wanneer deze of zijn verzekeraar de aansprakelijkheid betwist, voor zover de schade voldoet aan een van de in artikel 5 bepaalde voorwaarden inzake ernst;
4° wanneer de verzekeraar die de aansprakelijkheid dekt van de zorgverlener die de schade heeft veroorzaakt een voorstel tot vergoeding doet dat het Fonds kennelijk ontoereikend vindt.

Art. 5. De schade is ernstig genoeg indien aan één van de volgende voorwaarden is voldaan :
1° de patiënt is getroffen door een blijvende invaliditeit van 25 % of meer;
2° de patiënt is getroffen door een tijdelijke arbeidsongeschiktheid gedurende minstens zes opeenvolgende maanden of zes niet opeenvolgende maanden over een periode van twaalf maanden;
3° de schade verstoort bijzonder zwaar, ook economisch, de levensomstandigheden van de patiënt;
4° de patiënt is overleden.

Het slachtoffer kan in eerste instantie een minnelijke regeling betrachten via de ombudsdienst van het ziekenhuis, of rechtstreeks met de zorgverstrekker zelf of diens verzekeraar. Levert dat geen of onvoldoende resultaat op, dan kan het slachtoffer zijn dossier overmaken een het Fonds voor Medische Ongevallen, maar hij kan natuurlijk nog steeds zoals vroeger zelf een rechtszaak aanspannen tegen de vermeende verantwoordelijke zorgverstrekker. Het slachtoffer kan zelfs twee procedures tegelijkertijd opstarten, maar men kan wel slechts één keer vergoed worden.

Voor de rechtbank zal het slachtoffer zowel de fout van de zorgverstrekker, als de opgetreden schade en het causaal verband tussen beiden moeten aantonen. Er moeten dus expertises uitgevoerd worden. De patiënt die in ziekenhuisverband schade lijdt, moet te weten komen wie hij tot schadevergoeding dient aan te spreken, wat geen eenvoudige taak is. Naast de fout en de schade moet het slachtoffer krachtens het gemeen aansprakelijkheidsrecht het bewijs leveren van het oorzakelijk verband tussen beide. In België betekent dit op basis van de conditio sine qua non-vereiste dat met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid moet worden aangetoond dat de schade zich niet op dezelfde wijze zou hebben voorgedaan zonder de foutieve gedraging van de zorgverstrekker.

Het Fonds voor Medische Ongevallen werd opgericht om de ongemakken van een gerechtelijke procedure te vermijden. Het Fonds behandelt de dossiers via een soepele, snelle en gratis procedure. Met het Fonds heeft de wetgever een onafhankelijke en onpartijdig procedure willen scheppen. Dit neemt niet weg dat het slachtoffer er belang bij hebben om zich te laten bijstaan door hun eigen raadsgeneesheer, want indien men later toch in beroep wil gaan tegen een negatieve beslissing van het Fonds voor Medische Ongevallen, zal het slachtoffer tocht over een goede tegenexpertise van de eigen raadsdokter moeten beschikken, anders zijn de kansen klein om de zaak te winnen voor een rechtbank.

Het is de opdracht van het Fonds voor Medisch ongevallen om in eerste instantie uit te maken of de oorzaak van het medisch schadegeval dat voorgelegd wordt ofwel te wijten is aan een medische fout, zodat het gemeen aansprakelijkheidsrecht van toepassing is, ofwel dat het een abnormaal medische ongeval betreft zonder aansprakelijkheid. Om het voorwerp te kunnen uitmaken van een tegemoetkoming van het Fonds voor Medisch Ongevallen voor een medisch ongeval zonder aansprakelijkheid moet het gaan om abnormale, onvoorzienbare complicaties die ernstig genoeg zijn. Dit moet geval per geval bekeken worden.

Het foutloos therapeutisch falen, dit wil zeggen een mislukte behandeling, komt niet in aanmerking voor vergoeding van het Fonds voor Medische ongevallen. Dit wordt door de wet expliciet uitgesloten. Ook een verkeerde diagnose zonder fout is bij wet uitgesloten.

Schade die voortvloeit uit de gezondheidstoestand van de patiënt zelf is uitgesloten, aangezien er geen oorzakelijk verband tussen de schade en een medisch ongeval is.

Het hoeft geen betoog dat de criteria om vergoeding van het Fonds voor Medisch Ongevallen te verkrijgen bijzonder streng zijn en slechts in een zeer klein percentage van alle dossiers die bij het Fonds worden ingediend tot schadevergoeding door het Fonds zal leiden gezien het budget beperkt is.

5. Infectie door ziekenhuisbacteriën

Nosocomiale infecties zijn besmettingen van een patiënt met ziektekiemen die de patiënt voorheen niet had en die opgelopen werden in een verzorgingsinstelling. Dit kunnen zowel bacteriën, als virussen, parasieten of schimmels zijn. Het Fonds voor Medische Ongevallen zal in principe de zaak aanpakken zoals andere soorten schade als gevolg van gezondheidszorg. Hier kan men immers meestal geen fout aantonen. Ziekenhuisinfecties kunnen dus door het Fonds voor Medische Ongevallen vergoed worden voor zover de ernst van de gevolgen zwaar genoeg zijn. Immers voor de patiënt is het in elk geval een abnormale schade, aangezien deze verwikkeling geen deel uitmaakt van de normaal te voorziene evolutie.

6. De verplichting tot voorlichting en informatieverstrekking – informed consent

Naast de verplichting de patiënt goed op te volgen, is in alle stadia een goede communicatie met de patiënt nodig, het zogenaamde ‘informed consent’. De patiënt moet om zijn toestemming gevraagd worden. Maar de toestemming heeft geen enkele zin indien aan de patiënt niet de nodige loyale, klare en aangepaste voorlichting en uitleg gegeven werden.

Aan de patiënt moet niet alleen uitgelegd worden welke de normale en te verwachten voordelen van een ingreep zijn, maar ook welke de mogelijke gevolgen zijn in het geval van een mislukking en de risico’s die aan bepaalde ingrepen verbonden zijn conform art. 7 en 8 Wet Patiëntenrechten van 22 augustus 2002. In spoedgevallen is dit uiteraard niet steeds mogelijk. Het feit dat bepaalde risico’s op complicaties zich normaal frequent kunnen voordoen is geen excuus om de patiënt hierover niet in te lichten. De informatie moet volledig zijn. Alle mogelijke risico’s moeten worden meegedeeld, ook al zijn ze zeer uitzonderlijk of zeldzaam. De informatie moet bovendien aangepast zijn aan het bevattingsvermogen van de patiënt.

Het doel van de informatieplicht is aan de patiënt de mogelijkheid te geven om met volle kennis van zaken zijn akkoord te kunnen verlenen over bepaalde ingrepen.

Het goed bijhouden van het medisch dossier wint aan belang bij de Belgische rechtbanken die dit als aan positief bewijs zien van het feit dat er voldoende informatie verstrekt werd. De rechtbanken hebben steeds meer de neiging om een onvolledig of een onzorgvuldig dossier als een fout of als een onvoorzichtigheid in hoofde van de arts te bestempelen.

7. De ombudsdiensten

Ziekenhuizen beschikken over een ombudsdienst waar patiënten terecht kunnen met vragen en klachten. De ombudsdienst heeft als opdracht om in voorkomend geval te bemiddelen tussen de patiënt en de beroepsbeoefenaar om een oplossing te bereiken en hun communicatie te bevorderen. De ombudsdienst heeft daarnaast ook als opdracht de patiënt in te lichten inzake de mogelijkheden voor de afhandeling van zijn klacht als onderling geen oplossing bereikt wordt.

Voormelde uiteenzetting is geenszins een volledig overzicht. Het betreft een korte beperkte uiteenzetting.
Het gebruik van dit materiaal geldt onder voorbehoud van alle rechten en zonder enige nadelige erkentenis, noch verzaking.

MM JUSTICE
8/12/2019

Contacteer ons